Het Laatste Omen
Sterren: >< >< >
Auteur: Gordon McGill
Vertaald: R.K. van Spengen
Gelezen: 03-08-2020 tot 09-08-2020
Samenvatting:
Damien Thorn, de Anti-Christ, van wie beweerd wordt dat hij geboren is uit een duivelse verbintenis van een jakhals en Satan, staat aan het hoofd van een wereldwijde organisatie.
Overal in de wereld waar rampen zich voordoen staan medewerkers van de Thorn Corporation gereed - alsof ze het voorzien hebben - om hulp te bieden aan de slachtoffers.
Thorns invloed groeit en wordt nog sterker na zijn benoeming tot ambassadeur in Groot-Brittannië. Het presidentschap van de Verenigde Staten kan hem bijna niet meer ontgaan.
De tijd van de gruwelijke voorspelling is aangebroken en het begin van het einde van de mensheid. Maar waar is de beloofde Messias om de wereld te redden van haar ergste kwaad?
Terwijl miljoenen discipelen hun rijen langzaam sluiten onder het teken van Satan, vecht een kleine groep religieuzen wanhopig voor de redding van de wereld...
Het Vonnis:
Een boek wat mij na het lezen van de achterflap interessant lijkt. Hoe zou de Anti-Christ een bedrijf runnen en uiteindelijk misschien zelfs de wereld? Doordat ik het verhaal interessant acht, leest het boek vrij vlot weg...
Ik heb me echter nog nooit in mijn 29-jarige leventje zó ontzettend geïrriteerd aan het hoofdpersonage van een verhaal. Ook al is het de duivel, vaak heb ik tijdens het lezen van een boek, toch een soort compassie voor zijn personage. Maar bij Damien Thorn... Ik erger me vooral aan zijn egocentrische denkwijze. Ook aan de manier waarop hij met vooral vrouwen omgaat. Maar wat me het allermeest irriteert is dat hij van zijn 'beste vriend' verwacht dat die zijn eigen kind zal vermoorden, omdat het kind mogelijk het einde van de Anti-Christ zal gaan betekenen!
Lievelingspersonage: Kate Reynolds
Kate Reynolds is een journaliste, die ook haar eigen tv show heeft. Ze is een alleenstaande moeder. Ze is in het begin terughoudend als het op Damien Thorn aankomt en vind het beangstigend hoeveel tijd hij met haar zoontje doorbrengt. Ze raakt tot hem aangetrokken, voor ze ontdekt dat hij de Anti-Christ is. Zij is degene die uiteindelijk het huidige tijdperk beëindigd, zodat het nieuwe kan starten...
Mooiste scène:
"Nee, Peter, nee..." - Kate Reynolds
Even keek Kate naar Peter, toen draaide ze hem voorzichtig om. Ze haalde diep adem, trok met twee handen de dolk uit zijn rug, legde hem op het gras en keek op.
Damien had Pater De Carlo op zijn knieën gedwongen. Hij boog zich over hem heen en was bezig de priester te wurgen, en hij zag niet dat Kate snel op hem af kwam. Haar kreet van woede verscheurde de stilte toen ze de dolk krachtig in zijn rug stootte. De dolk schraapte over botten en ze duwde nog harder, met een draaibeweging, tot de dolk erin zat tot aan het heft. Toen stapte ze achteruit, met een wilde kreet die weergalmde in de ruïne.
Damien stond rechtop en zijn hand tastte naar de dolk. Hij gromde, zakte door zijn knieën, kwam moeizaam overeind en strompelde naar de deur, die hij openduwde. Even bleef hij roerloos staan; hij zocht met zijn gele ogen in het donker, omhoog kijkend naar de muren die om hem dertig meter oprezen.
"Nazarener! Waar zit je, Nazarener? Hoor je me, Nazarener?" - Damien Thorn
Als antwoord flikkerde er aan de andere kant van de kathedraal een lichtje op, een nevelig stralenkransje, dat geleidelijk sterker opgloeide. Damien gromde en ging erop af; zijn benen bewogen zich snel en hij ging over tot een wankelende draf, met uitgestrekte armen, snel, als een man die op volle snelheid is gestruikeld en onbeheerst rondstrompelt. Zijn rug was gebogen en zijn gezicht verwrongen van de pijn. De ogen staarden door de resten van het dak boven hem heen.
"Satan, waarom hebt Ge mij verlaten? Het is voorbij, Vader. Ontvang me terug in Uw paradijs." - Damien Thorn
Zijn lichaam trilde en langzaam gleed hij voorover op zijn gezicht; hij bleef eindelijk liggen. De strijd was gestreden. Een nieuw tijdperk was begonnen.
Het moment dat ik het boek het liefste door de kamer wilde slingeren:
"Stil maar, liefje. Niets aan de hand. Die lelijke hond is weg." - Barbara Dean
Barbara bukte zich, draaide het kind om en keek er toen met afschuw naar. Wat haar aankeek was een oud en vervallen gezicht, met diep weggezonken, vochtige ogen en een bruine, gerimpelde huid. Het kind stak vlekkerige, jichtige, klauwachtige handen naar haar uit en ze deinsde terug, met open mond om te gillen, maar er kwam niet meer dan een zachte snik, en ze tastte zoekend rond met haar hand, maar vond alleen de beugel van de strijkbout.
Harvey sloeg de oprijlaan in een stoof op zijn huis af, zonder te reageren op het afscheid van de agent. Ze zou blij zijn, dacht hij. Nu de kogel eenmaal door de kerk was, voelde hij zich beter. Nu zou er in ieder geval geen geworstel meer zijn met alternatieven. Hij zou vluchten met zijn gezin en het erop wagen voor de toekomst. Het was stil in huis. Geen radio, geen beweging. Hij duwde de keukendeur open en zag Barbara staan bij de strijkplank, met haar rug naar hem toe. Hij keek langs haar heen naar het wiegje en zag een arm van de baby, met kleine en perfecte vingertjes steil omhoog als in een groetend gebaar.
"Wat is er, Barbara? Ik wil dat je gaat inpakken. We gaan ervandoor..." - Harvey Dean
Ze draaide zich om en bleef ontzet staan. Haar ogen waren rood van de tranen en haar gezicht was verwrongen tot een grijns. Hij stapte achteruit toen ze op hem afsprong, en het laatste dat hij zag was haar arm die op hem toekwam, en de punt van de strijkbout die ze in zijn oog stootte.
Zijn gekwelde schreeuw vermengde zich met het gesis van de strijkbout toen het gloeiende metaal zijn oog in een stoomwolk liet verdampen. Zijn lichaam gleed op de vloer en uit de verbrijzelde oogkas droop een grijze hersenbrij over zijn verkoolde wang.
Barbara zette de strijkbout behoedzaam op de plank, bukte zich en raakte zijn schouder aan. Ze staarde naar hem en dacht door zijn oogkas heen tot in het diepst van zijn hersenen te kunnen kijken. Ze stond op, liep naar de gootsteen, pakte een vaatdoek, boog zich opnieuw over haar man heen en veegde zachtjes het grijze slijm weg dat over zijn gezicht droop. Toen ging ze terug naar haar kind; ze pakte de roze vingertjes en keek naar het vervallen gezichtje.
Vervolgens ging ze glimlachend bij de tafel zitten en ze werd volkomen en ongeneeslijk krankzinnig.
Dit wil ik later echt nog met iemand bespreken:
Kate trok aan zijn haar, toen Damien over haar heen viel. Ze graaide naar hem, sloeg haar armen om hem heen en trok hem dieper naar binnen, maar hij bood tegenstand, met zijn ogen dicht, alsof het hem pijn deed. Ze begreep er niets van. Wat kon er aan de hand zijn? Alles was tot nu toe zo goed gegaan. Hij kon nu toch niet ophouden, in godsnaam, hij mocht niet ophouden...
"Nee. Kan niet vrijen. Wíl ook niet." - Damien Thorn
Wanhopig trachtte ze te bedenken wat ze moest doen. Misschien wilde hij dat ze grof werd, maar ze had nooit smerige taal kunnen uitslaan. De woorden bleven haar altijd in de keel steken. Hij boog zich nu over haar heen en staarde haar aan, en in haar verbeelding leken zijn ogen iets geels te hebben.
"Wil je zien wat ik zie?" - Damien Thorn
"Nee. Ik wil jou." - Kate Reynolds
Ze voelde hoe ze ruw op haar buik werd gedraaid en haar gezicht in het kussen werd gedrukt, waarna zijn lichaam weer zwaar op haar neer kwam. Ze probeerde hem te zeggen dat ze daar niet van hield, dat het zó pervers was en onnatuurlijk, maar ze kon de woorden niet uitbrengen; hij was te sterk voor haar. Ze hief haar hoofd op van het kussen en greep zich vast aan de rand van het ledikant, in een poging om hem weg te dringen, maar hoe meer zij tegenstribbelde, des te harder bewoog hij.
"Pijn overwint alles. Geboorte is pijn. Sterven is pijn. Schoonheid is pijn. Ik geef je mijn pijn, want liefde is ook pijn..." - Damien Thorn
Met een vertrokken gezicht sloeg ze haar armen om haar hoofd heen om zich voor zijn woorden af te sluiten, maar ze kon niet ontkomen aan zijn handen op haar rug en de nagels die in haar vlees klauwden. Ze keek over haar schouder en zag zijn lichaam uitgestrekt op het hare, met zijn gezicht naar het plafond gekeerd, als in gebed.
"Toon haar de ware pijn, Vader! Niet de kleine prikkels van aardse kwellingen, maar de extase van de goddelijke smart..." - Damien Thorn
Vijftigduizend jaar geleden werd de mensheid voor het eerst ernstig bedreigd met uitsterven... Een verwoesting die teweeg werd gebracht door de natuur. De IJstijd. Die duurde vijfduizend jaar, maakte tachtig procent van het aardoppervlak onbewoonbaar en roeide alle scheppingen van de natuur uit, behalve een paar van de taaiste. Een van die weinige was de mens. Op die verwoesting volgde een nieuw tijdperk... en nieuwe hoop. Als een Phoenix verrees de mens uit de bevroren wildernis en hij begon te bouwen aan zijn droom. Sindsdien heeft de mensheid talrijke catastrofes doorstaan, maar geen daarvan was zo zwaar als die waardoor zij nu wordt bedreigd. De economische crisis van het vorige decennium heeft inflatie, honger en chaos in alle delen van de wereld gebracht. Sommigen noemen het de grote recessie. Anderen noemen het Armageddon, die laatste ontreddering van de wereld, die door de oude profeten is voorspeld. Maar te midden van al dit pessimisme betuigt één stem schallend zijn vertrouwen in de toekomst. De stem van Thorn. Overal waar honger of ziekte hebben toegeslagen is de Thorn Corporation als eerste ter plaatse geweest om onafgebroken strijd te leveren tegen het gebrek, door haar middelen, techniek en research te bundelen in projecten die niet alleen hulp en verlichting bieden aan de lijdenden, maar tevens de fundering leggen voor de toekomstige welvaart voor allen. Thorn... het lichtbaken van de wereld voor het bouwen van een nieuwe morgen.
- Thorn Corporation